Carrosseriebouwer Domburg was een van de partners in Den Oudsten & Domburg, totdat na de tweede wereldoorlog het bedrijf gesplitst werd. Domburg bouwde in de jaren vijftig en zestig zo’n 60 bussen per jaar, waaronder veel toerbussen. Hierbij kwamen meer en meer Mercedesen en op een gegeven moment begon het bedrijf zich steeds meer te richten op het aanpassen van Mercedes bussen, wat ten koste ging van de bouw van carrosserieën. De laatste bussen werden begin zeventiger gebouwd en uiteindelijk werd het bedrijf deel van Mercedes Nederland.
Eind zestiger jaren kwam een samenwerking met Verheul tot stand. Domburg bouwde een aantal semitoerbussen op Leyland-Verheul LVB668 chassis op, maar met een eigen carrosseriemodel. In 1970 bouwde Domburg in opdracht van Verheul een bus voor de LAD op een DAF TB chassis met een standaard streekbus carrosserie. Na de brand in de Verheul fabriek van december 1970 bouwde Domburg een aantal standaard streekbussen af voor Verheul, waaronder in ieder geval de 1601-1612 voor Maarse & Kroon, de GVG 17, de NAO 30-32 en waarschijnlijk ook de EBAD 118-119. Dit waren echter officieel Verheul bussen en hadden geen Domburg bouwnummers.
In de periode 1972-1976 bouwde Domburg 15 standaard streekbussen op Leyland-Verheul LVB668 of Leyland LVB668 chassis voor de VAGU, de WABO, Mulder en Egberts. Ook werden er 5 bussen met streekbuscarrosserie gebouwd voor de AMZ. Deze kregen oude chassisnummers van afgevoerde Leyland Royal Tiger Worldmaster bussen. In werkelijkheid waren het echter bij de brand beschadigde EGGED bussen, hetgeen ook aan de carrosserie te zien is. De eerste door Domburg gebouwde standaard streekbussen hadden nog de kleine ruiten zoals die tot 1970 gebruikt werden in plaats van de grotere zoals daarna door Den Oudsten gebruikt. Ook waren de deuren van het model zoals door Verheul voor de naar Israël geëxporteerde bussen gebruikt. Tenslotte hadden enkele bussen de “jockeypet” en achterste dakrand zoals op de Israëlische bussen gebruikt. Er waren nog allerlei andere detailverschillen die bijna iedere bus uniek maakten.
Domburg gebruikte ook carrosseriedelen van de standaard streekbus voor een aantal andere lijnbussen uit deze periode. Vooral de achterkant was als zodanig herkenbaar, maar ook ruiten en zijpanelen werden gebruikt. Dit betrof de Streef 8, een stadsbus voor Culemborg op Mercedes Benz OH1113 chassis, 6 lijnbussen voor De Valk op Mercedes Benz O302 chassis en 2 stadsbussen op MAN 13.136U chassis voor de HADO stadsdienst in Hengelo.
De DAF TB en de in 1972-1974 op Leyland-Verheul LVB668 chassis gebouwde bussen hadden naast het Domburg bouwnummer ook nog een Verheul ordernummer. De in 1975 en 1976 geleverde bussen hadden het door Leyland-Belgie geassembleerde Leyland LVB668 chassis dat verder gelijk was aan de Leyland-Verheul LVB668. Deze bussen hadden geen Verheul ordernummers.
KLIK HIER VOOR EEN BOUWLIJST
|
|
DAF TB160DF605 Domburg
LAD 57, 1970 De LAD uit Lobith kocht voor de lijndienst van Arnhem naar Lobith, die nog steeds samen met de GTW werd gereden, in 1970 een bus op DAF TB frontmotor chassis met een standaard streekbus carrosserie. Verheul gaf de opdracht om deze bus te bouwen door aan Domburg. Hij bleef bij de LAD met nummer 57 tot december 1984, toen hij werd verkocht. De bus was eerst in de rood-creme LAD kleuren geschilderd, maar werd later streekgeel. Hij had Verheul carrosserienummer 7216.
|
|
Leyland RTWM LERT1/1 -Domburg
|
Leyland Royal Tiger Worldmaster LERT1/1 -Domburg
AMZ 176, 1972 De AMZ 176 was een unieke bus. Het was een semitoerbus met een verhoogd passagierdeel en alleen een instapdeur, gebouwd door Domburg in 1972. Hij was in principe gelijk aan 4 eerder door Verheul aan de AMZ geleverde bussen maar was, althans officieël, gebouwd op een oud chassis uit 1961. Waarschijnlijk zijn echter veel componenten en het onderstel afkomstig van een gedeeltelijk verbrande voor EGGED bestemde bus. Hij bleef tot 1986 bij de AMZ in dienst en werd toen nog geëxporteerd. Hij werd streekgeel geschilderd, maar was aanvankelijk waarschijnlijk in toerkleuren.
|
|
Leyland Royal Tiger Worldmaster LERT1/1 -Domburg AMZ 41,43, 1973 AMZ 196, 1974 In 1973 werden aan AMZ-De Baar en Leendertse door Domburg 3 lijnbussen geleverd met de nummers 41-43. Deze waren officieël op Leyland Royal Tiger Worldmaster chassis uit 1956, 1959 en 1959 gebouwd. In werkelijkheid waren ze opgebouwd uit de resten van 8 voor EGGED in Israël bestemde Verheul bussen, die bij de brand in de Verheul fabriek in december 1970 zwaar waren beschadigd. De gelijkenis met de Israëlische bussen is dan ook duidelijk (zie bij de Verheul pagina). Ook het feit dat ze kleine onderlinge verschillen hadden wees op het gebruik van “resten”. Hierdoor schafte de AZM goedkope bussen aan! Ze werden in 1986, 1985 en 1986 afgevoerd. In 1974 kwam nogmaals een soortgelijke bus met nummer 196, officieël op een chassis uit 1959. Ook deze bus werd in 1986 voor export verkocht. Deze 4 bussen waren streekgeel.
|
|
Leyland Royal Tiger Worldmaster LERT1/1 -Domburg
AMZ 42, 1973 De AMZ-De Baar en Leendertse 42 was een van de 3 in 1973 door Domburg geleverde bussen die op basis van beschadigde voor EGGED bestemde Verheul bussen werd gebouwd maar officiëel een oud onderstel had uit 1959. De 42 verschilde van de 41 en 43 door zijn interieur met luxueuzere stoelen en door de ver vooruitstekende jockeypet met filmkast, zoals bij de M&K 1601-1612. Ook had hij de "toerkoplampen" in plaats van de ronde. Deze bus werd in 1985 afgevoerd.
|
|
|
Leyland-Verheul LVB668 -Domburg
|
|
Leyland-Verheul LVB668 Domburg
VAGU 64, 1972
VAGU 65, 1973
VAGU 66, 1974 In 1972, 1973 en 1974 kreeg de VAGU uit Oudewater drie standaard streekbussen met Domburg opbouw van het oude Verheul standaard streekbus model met kleine zijruiten en een uitstapdeur achter de achteras. Ze waren genummerd 64-66 en kregen de streekgele kleur maar met blauwe schortplaten. Ze hadden een opvallend versierde grille, die echter later werd verwijderd. De 64 en 65 werden in 1985 afgevoerd, de 66 was nog aanwezig toen in 1987 Westnederland de VAGU overnam, maar werd niet meer gebruikt. Deze bussen hadden ook nog Verheul carrosserienummers 7217, 7393 en 7419. |
|
Leyland-Verheul LVB668 Domburg
WABO 38, 1972
De WABO uit Wijk bij Duurstede was jarenlang een vaste klant van Domburg, maar was overgestapt op Mercedes. In 1972 kocht men echter een standaard streekbus met Domburg carrosserie op Leyland-Verheul LVB668 chassis. Deze bus had een achteruitstap en een verhoogd passagiersdeel met een “knik” in het dak en was dus een semitoerwagen. Hij was streekgeel maar had witte schortplaten, afgezet met een groen streepje. Met de overname van de WABO door CN in augustus 1981 ging ook deze bus mee en kreeg nummer 1613. In 1986 werd hij afgevoerd voor sloop. De bus had Verheul carrosserienummer 7392. |
|
Leyland-Verheul LVB668 Domburg
WABO 39, 1973
In 1973 kocht de WABO een tweede standaard streekbus in semitoer uitvoering van Domburg. De bus verschilde van het in 1972 geleverde exemplaar doordat er geen knik in het dak was, hoewel het passagiersdeel wel hoger was en ook de eerste zijruit de trapezoidale vorm had. In 1980 werd de bus de CN 1614. In 1986 werd hij afgevoerd en verkocht naar Kameroen. De bus had ook nog Verheul carrosserienummer 7421. |
|
Leyland-Verheul LVB668 Domburg
Egberts 26-27, 1973
De firma Egberts uit Millingen kocht in 1973 twee bussen voor de lijndienst Nijmegen-Millingen. Deze waren in de blauwe Egberts kleuren en hadden 51 zitplaatsen met een uitstap achterin. Ze hadden de rechthoekige koplampen. In januari 1981 werd Egberts overgenomen door de ZO, waarbij de twee bussen meegingen. Ze werden geel geschilderd en kregen de nummers 1146 en 1147. In 1986 werden ze afgevoerd en vertrokken naar Kameroen. Deze twee bussen hadden ook nog Verheul carrosserienummers 7417 en 7418. |
|
Leyland-Verheul LVB668 Domburg
Mulder 38, 1974 Een van Nederlands kleinste busondernemingen was Mulder uit Hoensbroek, dat de lijndienst Heerlen-Hoensbroek reed. In 1974 kreeg het bedrijf de 38, een standaard streekbus met Domburg carrosserie. Deze bus had een achteruitstap en was wat lager dan de normale standaard streekbussen, omdat de Mulder garage te laag was. Dit was goed te zien aan de aangepaste jockeypet en het kleinere bovenste deel van de chauffeursruit. Ook had hij de kleinere zijruiten. De bus was streekgeel. In 1980 ging hij naar het VSL toen dit bedrijf Mulder overnam. Hier kreeg hij nummer 4-172. In 1985 werd hij geëxporteerd naar Zaïre. De bus had ook nog Verheul carrosserienummer 7422. Bij het VSL kreeg hij administratief ESO nummer 38, toevallig gelijk aan zijn vroegere Mulder nummer.
|
|
Leyland LVB668 Domburg
VAGU 68-70, 1975
VAGU 72-73, 1976 In 1975 en 1976 kocht de VAGU de 68-70 en 72-73 die gebouwd werden op het in België geassembleerde Leyland LVB668 chassis dat technisch gelijk was aan het Leyland-Verheul LVB668 chassis. Ze onderscheidden zich van de eerder geleverde 64-66 door de grotere zijruiten zoals toen algemeen bij de standaard streekbussen gebruikt werden. Ook deze bussen hadden weer de streekgele kleur met blauwe schortplaten, de achteruitstap en de siergrille, die later verwijderd werd. In 1987 gingen ze naar Westnederland waar ze hun nummers behielden. De 72 werd in 1987 nog afgevoerd, de rest in 1988.
|
|
Leyland LVB668 Domburg
Egberts 28, 1976 In 1976 kocht Egberts nogmaals een standaard streekbus met Domburg carrosserie, ook weer met een achteruitstap en 51 zitplaatsen. Hij werd gebouwd op het Leyland LVB668 chassis en verschilde verder van de twee vorige Egberts bussen door het andere interieur. Hij had ook weer de rechthoekige koplampen. In 1981 ging de bus naar de ZO, werd geel geschilderd en kreeg nummer 1148. Hij werd in 1988 afgevoerd.
|
|
Leyland LVB668 Domburg
Mulder 45, 1975 In 1975 kreeg Mulder nog een standaard streekbus van Domburg, nu gebouwd op een in België geassembleerd Leyland LVB668 chassis. De bus, genummerd 45, vertoonde enkele kleine verschillen met de eerder geleverde 38, maar was ook lager dan de normale standaard bus en had de achteruitstap. In 1980 ging hij naar het VSL als nummer 5-173. Zoals veel VSL bussen ging hij in 1986 naar Zaïre. Hij kreeg nog het administratieve ESO nummer 39.
|
|
|
|
|
MAN 13.136U Domburg
HADO 63, 1974
HADO 64, 1975 Twee unieke busjes in Nederland waren de HADO 63 en 64 die in 1974 en 1975 geleverd werden voor de stadsdienst in Hengelo. Ze hadden een frontmotor en een smalle, nogal onhandige instap. Voor de zijkanten en de achterkant waren duidelijk standaard streekbus elementen gebruikt, de voorkant was heel anders en was blijkbaar door MAN meegeleverd met de chassis. Het interieur was gelijk aan dat van de Domburg standaard streekbussen. Ze waren blauw met wit. De stadsdienst Hengelo van de HADO ging in 1976 naar de TET, maar de 2 MAN bussen gingen niet mee. Deze werden in 1977 verkocht aan de ONOG die ze onmiddellijk doorverkocht. De 63 ging naar Pool, kreeg nummer 17 en werd in de Pool kleuren rood-wit geschilderd. In 1978 werd hij al weer ingeruild bij BOVA. Waarschijnlijk volgde daarna export, want in Nederland is hij niet meer gesignaleerd. De 64 had meer geluk en kwam bij de AOT op Texel terecht. Daar kreeg hij nummer 751. Hij bleef in de blauwe HADO kleuren. Zijn grootste uitstap was waarschijnlijk naar de grote vredesdemonstratie in Amsterdam op 21 november 1981. In 1984 werd hij verkocht aan Van Boven op Texel als nummer 5. In 1987 werd hij afgevoerd. |
|
|
Mercedes Benz OH1113 -Domburg
|
Mercedes Benz OH1113 Domburg Streef 8, 1973
De firma Streef reed de stadsdienst in Culemborg. Hiervoor werd in 1973 een nieuwe bus gekocht bij Mercedes die door Domburg van een carrosserie werd voorzien. Domburg gebruikte voor de bus standaard streekbus componenten, wat vooral aan de achterkant opviel. Doordat Mercedes het front meeleverde zag de bus er echter niet als een standaard streekbus uit. Het interieur was wel weer gelijk aan de standaardbussen. Het voertuig reed tot 1981 op de stadsdienst en werd toen bij BOVA ingeruild.
|
|
Mercedes Benz O302 -Domburg
|
|
Mercedes Benz O302 Domburg
De Valk 144-147, 1973
De Valk 148-149, 1974 De laatste bussen die De Valk uit Valkenburg kocht voor haar lijndienst Maastricht-Valkenburg-Hoensbroek waren 6 Mercedes O302 bussen met Domburg carrosserie. De 144-147 kwamen in 1973, de 148-149 in 1974. Ze hadden het Mercedes O302 front zoals door Mercedes met de chassis meegeleverd. De achterkant en elementen van de zijkanten kwamen van de standaard streekbus, het interieur was echter luxueuzer. Met hun geel-blauwe beschildering en grote metalen emblemen waren het imposante voertuigen. Toen de lijndienst van De Valk in 1980 werd overgenomen door het VSL gingen deze 6 bussen als enige mee over. Ze gingen echter direct buiten dienst en werden verder in volledige De Valk uitvoering jarenlang in Heerlen en Vaals opgeslagen. In 1984 werden vijf stuks geëxporteerd naar Kameroen. De 149 ging naar een rijschool in Waubach. Ze hadden wel bij het VSL nog de administratieve nummers 3-10, 3-11, 3-12, 3-13, 4-14 en 4-15.
|
|